Het profielglas van de Universiteit van Iowa-U

Het ontwerpconcept van het Visual Arts Building aan de Universiteit van Iowa, VS, draait om fenomenologische ervaring, artistiek gebruik van natuurlijk licht en de creatie van interdisciplinaire samenwerkingsruimtes. Onder leiding van de internationaal gerenommeerde architect Steven Holl en zijn bureau integreert het gebouw materiaalinnovatie en duurzame technologieën om artistieke creaties te creëren die zowel functioneel als spiritueel zijn. Hieronder volgt een analyse van de ontwerpfilosofie vanuit vier dimensies:
1. Ruimtelijke perceptie vanuit een fenomenologisch perspectiefu-profiel glas
Sterk beïnvloed door de fenomenologische theorie van filosoof Maurice Merleau-Ponty, benadrukt Holl dat architectuur de belichaamde ervaringen van mensen moet oproepen door middel van ruimte en materialen. Het gebouw maakt gebruik van een verticaal poreuze structuur, die via zeven verdiepingshoge "lichtcentra" daglicht diep in het gebouw brengt en zo een dynamische opeenvolging van licht en schaduw creëert. Zo zorgt de gebogen glazen vliesgevel van het centrale atrium, in combinatie met de wenteltrap, ervoor dat licht vloeiende schaduwen op de muren en vloeren werpt naarmate de tijd verstrijkt. Dit lijkt op een "lichtsculptuur" en stelt kijkers in staat om intuïtief de fysieke aanwezigheid van natuurlijk licht waar te nemen tijdens hun beweging.
Holl ontwierp de gevel van het gebouw als een "ademende huid": de zuidgevel is bedekt met geperforeerde roestvrijstalen panelen, die overdag de ramen verbergen en zonlicht door de gaten filteren, waardoor abstract licht en schaduw ontstaat, vergelijkbaar met een "wazig schilderij van Mark Rothko". 's Nachts dringen binnenverlichting de panelen binnen en transformeren de gaten in lichtgevende rechthoeken van verschillende groottes, waardoor het gebouw een "vuurtoren van licht" in de stad wordt. Dit wisselende visuele effect van dag en nacht transformeert het gebouw in een container van tijd en natuur, waardoor de emotionele band tussen mens en ruimte wordt versterkt.
2. Artistieke manipulatie van natuurlijk licht
Holl beschouwt natuurlijk licht als "het belangrijkste artistieke medium". Het gebouw bereikt een nauwkeurige lichtregeling via ramen die geproportioneerd zijn volgens de Fibonaccireeks, gebogenU-profiel glasgevelbekleding en daklichtsystemen:
Evenwicht tussen direct daglicht en diffuse reflectie: de studio's maken gebruik van U-profielglas met hoge transmissie en een gematteerde binnenbehandeling. Hierdoor is er voldoende natuurlijk licht voor artistieke activiteiten en wordt schittering vermeden.
Dynamisch licht- en schaduwtheater: de dubbellaagse huid, gevormd door geperforeerde roestvrijstalen panelen en buitenste zinken panelen, heeft gaten die op maat zijn gemaakt en gerangschikt via algoritme-optimalisatie, waardoor zonlicht geometrische patronen op de binnenvloer werpt die veranderen met de seizoenen en momenten, waardoor kunstenaars een "levende bron van inspiratie" krijgen.
Omgekeerd nachtscenario: wanneer de nacht valt, gaan de binnenlichten van het gebouw door de geperforeerde panelen enU-profiel glasomgekeerd, waardoor een “lichtgevende kunstinstallatie” ontstaat die een dramatisch contrast creëert met de terughoudende uitstraling overdag.
Dit verfijnde lichtontwerp maakt van het gebouw een laboratorium voor natuurlijk licht. Het voldoet aan de hoge eisen van artistieke creaties op het gebied van lichtkwaliteit en transformeert natuurlijk licht in een kernexpressie van architectonische esthetiek.
3. Ruimtelijk netwerk voor interdisciplinaire samenwerking
Met het doel van verticale mobiliteit en sociale cohesie doorbreekt het gebouw de fysieke barrières van traditionele kunstafdelingen:
Open vloeren en visuele transparantie: de vier verdiepingen tellende ateliers zijn radiaal rondom het centrale atrium aangelegd, met glazen wanden aan de randen van de verdiepingen. Hierdoor zijn de verschillende creatieve disciplines (zoals pottenbakken, metaalsmeden en digitaal modelleren) voor elkaar zichtbaar en ontstaan ​​er inspiratiebotsingen tussen vakgebieden.
Ontwerp voor een sociaal knooppunt: de wenteltrap is uitgebreid tot een 'stopbare ruimte' met treden van 60 centimeter breed, die zowel voor vervoer als voor tijdelijke discussies dienen. Het dakterras en de buitenwerkplek zijn met hellingen verbonden om informele communicatie te bevorderen.
Integratie van de kunstproductieketen: Van de gieterijwerkplaats op de begane grond tot de galerie op de bovenste verdieping organiseert het gebouw ruimtes langs de stroom ‘creatie-tentoonstelling-educatie’, waardoor studenten hun werken rechtstreeks van de ateliers naar de tentoonstellingsruimtes kunnen vervoeren en zo een gesloten ecosysteem voor kunst ontstaat.
Dit ontwerpconcept weerspiegelt de trend van ‘grensoverschrijdende integratie’ in de hedendaagse kunst en wordt geprezen omdat het ‘kunstonderwijs transformeert van geïsoleerde disciplinaire eilanden naar een onderling verbonden kennisnetwerk’.U-profiel glas (2)


Plaatsingstijd: 29-10-2025